Skip to main content

Het WEF voorspelde dat er 85 miljoen banen verloren gaan door AI, maar ook dat er 97 miljoen nieuwe banen ontstaan door AI. AI zorgt dat er banen verdwijnen, nieuwe banen ontstaan en dat er taken binnen banen verdwijnen of veranderen. Hoe verandert AI de arbeidsmarkt?

Maakt AI ons werk leuker?

Dat we bepaalde taken over kunnen laten aan AI, zou ons werk wel eens veel leuker kunnen maken. Dat is althans de hoop van Casper Jaspers, die het boek Technology and Governance schreef. Hij vergelijkt de moderne kenniswerker met een ouderwetse fabrieksarbeider die ook de vruchten plukte van automatisering: “In feite werken veel mensen in een soort fabriek voor kenniswerkers die handmatig data verwerken of teksten schrijven. AI kan repetitief werk automatiseren, waardoor werk inhoudelijk uitdagender wordt en dus leuker. Juristen moeten bijvoorbeeld veel stukken lezen, wat erg tijdrovend is. AI valt prima te gebruiken om die lange stukken samen te vatten. Hetzelfde zie je bijvoorbeeld bij programmeurs die AI gebruiken om automatisch code te laten schrijven. Dat betekent wel dat hetzelfde werk door minder mensen gedaan kan worden.”

Dat brengt ons bij de vraag: welke beroepsgroepen gaan merken dat hetzelfde werk met minder fte’s gedaan kan worden door de komst van generatieve AI? Dat zijn banen die te maken hebben met het verwerken van informatie en data en beroepen die draaien om controle en compliance, zoals accountants. Wie zich bezighoudt met het maken van content (zoals websites, afbeeldingen, teksten) zal in de toekomst mogelijk ook minder werk hebben. Niet voor niets legden Amerikaanse film- en tv-schrijvers in 2023 hun werk neer, omdat ze protesteerden tegen het gebruik van AI. Hoewel ze vreesden dat kunstmatige intelligentie ze overbodig zou maken, zou het realistischer zijn om te verwachten dat hetzelfde werk door minder schrijvers gedaan kan worden. Maar ja, vertel dat maar eens aan iemand die vreest voor het verlies van zijn baan.

Onderwijs belangrijker dan ooit

AI zal dus zorgen voor minder fte’s in bepaalde sectoren, maar zal niet zo snel complete beroepsgroepen overbodig maken. Dat komt door het niveau van generatieve AI-tools. Jaspers vergelijkt het niveau van tools als ChatGPT op dit moment met dat van een stagiair. Het is een vergelijking die techanalist Benedict Evens ook maakt als hij stelt dat ChatGPT ons toegang geeft tot een oneindige hoeveelheid stagiairs. Het gebrekkige niveau van AI-tools maakt onderwijs volgens Jaspers nog belangrijker: “De kennis van experts is nodig om fouten te herkennen en te voorkomen, want anders kan het goed misgaan. Een advocaat in Amerika liet een pleidooi door AI schrijven. De AI-tekst verwees naar bepaalde uitspraken, maar in de rechtbank kwam aan het licht dat die uitspraken niet bestonden. Dat is ronduit gênant. Daarom is het belangrijker dan ooit om kritisch te leren nadenken. Net zoals je nog steeds leert hoofdrekenen op school. Niet omdat je opgroeit in een wereld zonder rekenmachines, maar omdat het nodig is om een basaal begrip van cijfers en wiskunde te hebben.”

Technologie-onderzoeksinstituut Rathenau komt tot ongeveer dezelfde conclusie in een rapport over de robotsamenleving: “In Nederland leidden nieuwe generieke technieken tot op heden niet tot structurele crises op de arbeidsmarkt. Maar de inzet van nieuwe technieken op de arbeidsmarkt heeft wel altijd geleid tot de noodzaak om vraag en aanbod van arbeid, bijvoorbeeld via het onderwijs, beter op elkaar af te stemmen.” Ook creatief ondernemer Ron Simpson onderstreept het belang van onderwijs, ook al loopt zo’n opleiding per definitie achter op de praktijk: “Toen ik afstudeerde was bijna alles wat ik tijdens mijn opleiding had geleerd over marketing niet meer relevant, omdat social media ondertussen waren opgekomen. Dat maakt een opleiding niet irrelevant. Het geeft je een basis waar je op kan voortborduren, het leert je om kritisch na te denken en welke vragen je moet stellen om de juiste antwoorden te krijgen.” Tech-ondernemer Marelle van Beerschoten ziet daarbij niet alleen een rol voor het traditionele onderwijs, maar ook voor werkgevers: “Organisaties zouden zich moeten afvragen of ze hun personeel niet meer zouden moeten bijscholen, zodat ze alles uit tools als ChatGPT kunnen halen. Bijscholing zou de norm moeten zijn in plaats van de uitzondering.”

AI als oplossing voor vergrijzing

Van Beerschoten klinkt bijzonder hoopvol en ziet AI als een van de belangrijkste oplossingen voor de uitdagingen van de arbeidsmarkt: “De beroepsbevolking krimpt de komende jaren. En de vergrijzing piekt ook nog eens in 2040, als iets meer dan een kwart van de bevolking ouder is dan 65. Willen we ervoor zorgen dat de verzorgingsstaat op hetzelfde niveau blijft, dan moeten we met de beschikbare bevolking slimmer werken. De afgelopen vijftien jaar zijn we weinig productiever geworden. Daarom hoop ik dat AI ons daarbij kan helpen.” Ze moedigt iedereen aan om te experimenteren met AI-tools: “Het maakt wat dat betreft niet uit of je in de boardroom zit of nog op school.”

Toch zal niet iedereen de komst van AI toejuichen. Een kennis werkt als vertaler en maakt ondertitels voor films, commercials en series. Hij zag zijn werk de afgelopen jaren flink veranderen door de komst van generatieve AI. Bedrijven besluiten steeds vaker om met behulp van AI een video te vertalen. De AI-vertaling blijkt gebrekkig te zijn, dus wordt hij gevraagd om de puntjes op de i te zetten. De impact van AI op de arbeidsmarkt is voor hem een wel erg concrete ervaring. Hoe houdt deze vertaler zich staande? Van Beerschoten raadt mijn kennis aan om juist meer met AI te doen: “Misschien verandert je werk van vertaler wel naar dat van iemand die vertalingen controleert en verbetert. Het geeft je de ruimte om na te denken over wat voor diensten je nog meer kan aanbieden. Mijn advies is: wees niet bang dat je baan verdwijnt, maar vraag je af wat je met de gewonnen tijd nog meer kan doen.”

Lost AI personeelstekort in de zorg op?

Van Beerschoten zegt dat ze de angst voor AI begrijpt: “Iedereen heeft in bepaalde mate een oncomfortabel gevoel bij de komst van AI, omdat het onbekend is hoe AI ons werk precies gaat veranderen. Maar als we ervoor kunnen zorgen dat slimme algoritmen taken van ons overnemen, dan zijn er minder mensen nodig voor administratieve werkzaamheden, klantenservicewerk, het maken van presentaties of teksten. Die mensen zijn hard nodig, want er zijn veel vacatures in de zorg, het onderwijs, IT en in de energietransitie.”

Dat is zo’n hoopgevend vooruitzicht, dat ik het eigenlijk niet wil nuanceren. Toch kleeft er een grote ‘maar’ aan het betoog van Van Beerschoten. Er zijn immers ook veel vacatures voor beroepen als communicatieadviseur, consultant of manager, die dikwijls beter betalen dan banen in de zorg of het onderwijs. De vraag is of werknemers die opnieuw moeten solliciteren door de komst van generatieve AI kiezen voor een beroep met de grootste maatschappelijke waarde of dat ze kiezen voor de baan met de grootste beloning. Buiten kijf staat in elk geval dat AI-tools de arbeidsmarkt veranderen. Ze zullen ons waarschijnlijk productiever maken. Dat AI niet voor massale werkloosheid zal zorgen, is in elk geval een geruststelling.

Tot slot

Dit artikel is afkomstig uit het boek ‘AI, voorbij de hype’, dat je via deze pagina bestelt. Wil je in een lezing meer te weten komen over kunstmatige intelligentie? Hier vind je meer informatie over mijn keynote over AI.